Line of Scrimmage-regel – Geen enkele verdediger mag voor de line of scrimmage staan op het moment van de snap, behalve als het een blitsende speler is die correct gepositioneerd staat achter de LOS.
Illegal Contact – Na 5 yards van de line of scrimmage mag je een receiver niet meer fysiek hinderen zolang de bal nog niet is gegooid.
Pass Interference (DPI) – Je mag de receiver niet vasthouden, blokkeren of aanraken op een manier die hem belemmert om de bal te vangen voordat de bal daar is.
Defensive Holding – Vasthouden van een tegenstander (meestal een receiver) zonder dat de bal onderweg is.
Roughing the Passer/Kicker – Onnodige of te harde hit op een quarterback na de worp, of op een kicker/punter na de trap.
Offside / Neutral Zone Infraction – Te vroeg bewegen of in de neutral zone staan bij de snap.
Targeting (college) / Illegal Use of Helmet (NFL) – Leidt tot straf als je met de kroon van je helm contact maakt.
Front – Hoe de defensive line is opgesteld (bijv. 4–3, 3–4, 5–2).
Gap – De ruimte tussen offensive linemen (A-gap = tussen center en guard, B-gap = tussen guard en tackle, etc.).
Gap Responsibility – Elke verdediger heeft een specifieke opening (“gap”) in de line om te dekken tegen runs.
Coverage – Hoe receivers worden gedekt (zone, man, combo).
Blitz – Extra druk door linebackers of defensive backs naar de QB sturen.
Contain – Buitenste verdediger die voorkomt dat de runner buitenom gaat.
Spy – Verdediger die de QB in de gaten houdt, vaak tegen mobiele quarterbacks.
Press coverage – Receiver direct aan de line of scrimmage fysiek uitdagen.
Nickel/Dime – Pakketten met extra defensive backs (Nickel = 5 DB’s, Dime = 6 DB’s).
Stunt/Twist – Defensive linemen wisselen van gap tijdens de rush.
Contain – Buitenste verdedigers moeten voorkomen dat de runner naar de zijlijn ontsnapt.
Pursuit Angles – De juiste hoek kiezen om een baldrager te tackelen.
Defensive Line (DL) – Defensive Ends (DE) en Defensive Tackles (DT), verantwoordelijk voor druk op QB en run defense.
Linebackers (LB) – Middle Linebacker (MLB), Outside Linebackers (OLB): lezen de aanval, stoppen de run, dekken passes.
Defensive Backs (DB) – Cornerbacks (CB) en Safeties (FS, SS), vooral verantwoordelijk voor pass defense.
4-3 Defense – 4 D-linemen, 3 linebackers (goed tegen de run, solide basis).
3-4 Defense – 3 D-linemen, 4 linebackers (flexibeler voor blitzes).
Nickel Defense – 5 defensive backs (tegen pass-heavy aanvallen).
Dime Defense – 6 defensive backs (tegen lange passing situaties).
Cover 1 – Man-to-man met 1 deep safety.
Cover 2 – Twee deep safeties, zones eronder verdeeld.
Cover 3 – Drie deep zones, sterke run support.
Cover 4 (Quarters) – Vier deep zones, goed tegen diepe passes.
Zone vs. Man – Zone = gebied verdedigen, Man = specifieke speler verdedigen.