Wat is er toch aan de hand met de komende quarterback class voor 2026? Ronkende namen als Arch Manning, Cade Klubnik en Garrett Nussmeier stonden bovenaan iedereens lijstje, maar daar is niks meer van te zien. Daarover kon je in de eerste aflevering van deze mini-reeks al uitgebreid lezen. Tijd om te grasduinen in de QB’s die wél een topjaar aan het afwerken zijn. Al ontstaat er voor de opkomende draft misschien wel een probleem…
Op zoek naar wie dan wél een kans maakt op de komende first overall pick? Ga dan kijken naar Indiana, een team dat verrassend goed presteert en dat te danken heeft aan quarterback Fernando Mendoza. De opkomst van Mendoza is het meest opvallende verhaal van het seizoen, en het heeft zijn draft stock in een stroomversnelling gebracht.
Hij noteerde als eerste Hoosier in de geschiedenis meerdere wedstrijden met vijf of meer passing touchdowns en een completion percentage van meer dan 90%. Mendoza leverde bovendien een belangrijke overwinning af door Oregon te verslaan, en in Week 8 vernietigde hij Michigan State met 332 yards en 4 TD’s, waardoor zijn Heisman-odds naar de top van de lijst schoten. Zijn succes ligt in zijn volwassenheid en precisie. Waar veel college QB’s ten onder gaan aan een overdaad aan risico, blinkt Mendoza uit in balbeveiliging en het nemen van de juiste beslissingen. Hij is de rustige 'point guard' die zijn receivers, tight ends en running backs op de juiste plekken bereikt.
Ty Simpson overkwam samen met Alabama de wankele seizoensstart en is nu de onbetwiste leider van Roll Tide. Hij heeft een uitstekende ball security en kan alle throws maken in de SEC, toch een straffe conferentie. Zijn draft-aandeel blijft stabiel en hoog, en hij wordt momenteel gezien als een veilige, high-floor quarterback voor de eerste ronde.
Het meest opvallende aan zijn seizoen zijn de statistieken die de mond van elke NFL-scout doen openvallen. Na Week 8 heeft Simpson een verbazingwekkende verhouding van 18 touchdowns tegen slechts 1 onderschepping. In de moderne, risicovolle college football-offenses is zo'n foutloos record in de zwaarste conference vrijwel ongekend. Zijn prestatie in Week 8 tegen een sterke Tennessee-ploeg was typerend: hij gooide voor 253 yards en 2 TD's, en leidde het team met precisie naar een overtuigende overwinning. Er waren geen heldhaftige, risicovolle worpen nodig; alleen de juiste worp op het juiste moment, keer op keer. Het contrast met zijn preseason status is opvallend: de jongen die als een project werd gezien, is nu de meest betrouwbare en efficiënte quarterback in de meest fysieke conferentie.
Dante Moore's draft-waarde is altijd gebaseerd geweest op zijn enorme potentieel. Hij heeft de armkracht, de atletische aanleg en de uitstraling van een toekomstige NFL-ster. Opvallend genoeg besliste Moore vorig seizoen om UCLA te verlaten voor een avontuur bij Oregon, terwijl hij daar op de bank zou zitten achter starter Dillon Gabriel. Het jaartje in de schaduw heeft hem duidelijk deugd gedaan. En laat ons eerlijk zijn: het is een positief teken dat een hoog gerekruteerde kerel als Moore die uitdaging wilde aangaan in het huidige klimaat. Zijn potentieel wordt nu dus steeds beter benut, al is het vooral ervaring dat nog ontbreekt ondanks dat (slecht) jaar bij UCLA als starter. Hij deed het goed tegen Penn State, maar tegen de goeie defense van Indiana moest Moore zijn meerdere erkennen.
Een belangrijke kanttekening bij Moore: in principe kan hij als redshirt sophomore nog een jaartje langer in college blijven en dus pas uitkomen in de draft van 2027. Zijn beslissing voor 2026 zal afhangen van hoe de rest van de QB-class nog presteert én hoe hij zelf de rest van het seizoen doorkomt. Hij wordt steeds vaker in de toptien gemockt, dus er is een groeiende kans dat we Moore tòch al in 2026 mogen verwachten. Zeker omdat de class in 2027 wel héél druk kan worden, met Arch Manning als absoluut goudhaantje.
Foutloos en direct: zo kan je Julian Sayin van Ohio State het beste omschrijven dit jaar. Als de nieuwe quarterback van de nationale kampioen, had hij best wat verwachtingen te vervullen. Maar hij doet het uitstekend: vooral zijn ball placement is van een heel hoog niveau. Er zijn bepaalde sideline throws waar ik ‘s avonds in de zetel over droom. Ik weet het, laat die bezorgdheid maar achterwege…
Bovendien durft hij de bal ook met veel plezier diep te gooien, én hij doet dat met succes. Sayin heeft ondanks zijn beperkte ervaring een leuke pocket presence en kan dankzij goede play-action ook af en toe indruk maken met de voeten. Sayin is op de Heisman-radar, maar zal daar wellicht niet in de topdrie eindigen. Daarvoor is de productie in de topwedstrijden nog iets te laag, kan hij voor de ‘kenners’ misschien te makkelijk rekenen op zijn superster WR’s en heeft ook hij nog een jaartje extra om te groeien. 2026 komt dus ook voor hem misschien te vroeg, zeker in de huidige NIL-context.